Door het klimaat moeten we rekening houden met meer regenval in het stroomgebied van de Maas (Duitsland, België, Frankrijk, Nederland). Alle klimaatscenario’s van het KNMI wijzen deze richting op. Meer regenval leidt tot hogere piekafvoeren van de Maas. Bij het bepalen van de maatregelen houden we hier rekening mee.
Op dit moment voert Natuurmonumenten het werk uit voor ontwikkeling van de uiterwaarden bij Demen en Dieden tot natuurgebied. Dit valt binnen het projectgebied van Meanderende Maas. De doelstelling en betrokken partijen van beide projecten overlappen elkaar grotendeels. De betrokken partijen zorgen ervoor dat de maatregelen van beide projecten met elkaar zijn afgestemd.
De uiterwaarden in de buurt van de dijk (om en nabij de 100 meter) zijn belangrijk voor de sterkte van de dijk. De klei die er ligt, zorgt ervoor dat rivierwater bij piekafvoeren moeilijker onder de dijk door kan stromen (piping). Hoe dikker en breder dat kleipakket, des te beter de bescherming. Als we graven in de uiterwaarden kan dit invloed hebben op het kleipakket en daarmee ook op de sterkte van de dijk. We houden hier rekening mee bij de ontwikkeling van de maatregelen.
De Maasdijk is onderverdeeld in zo logisch mogelijke eenheden. Iedere eenheid heeft een waterveiligheidsnorm, waarbij de hoogte van de norm afhankelijk is van de gevolgen van een dijkdoorbraak. Een doorbraak in het traject Ravenstein Lith heeft grote gevolgen voor Oss en ‘s-Hertogenbosch. Dit is de reden dat Ravenstein-Lith een hoge norm heeft.
Op basis van onderzoek is bovendien gebleken dat de dijksterkte tussen Ravenstein en Lith te wensen overlaat. Dit komt onder meer door het risico op piping. Landelijk is afgesproken om daar te beginnen waar het grootste veiligheidsrendement wordt gehaald. Het traject Ravenstein-Lith behoort tot deze categorie projecten.
Maatregelen stroomopwaarts en benedenstrooms in de Maas kunnen de waterstanden bij piekafvoeren van de Maas beïnvloeden. Over de hele Maas wordt naar dergelijke maatregelen gekeken. Er zijn ook al concrete projecten in Limburg. We houden deze projecten en de gevolgen voor ons project goed in de gaten. De landelijke afspraken die hierover worden gemaakt, nemen we mee in ons project.
We weten dat maatregelen aan de rivier bijdragen aan lagere waterstanden bij piekafvoeren van de Maas. Hierdoor hoeft de dijk minder te worden opgehoogd. Daarnaast kunnen rivierverruimende maatregelen gecombineerd worden met andere doelen, zoals natuurontwikkeling en de winning van klei en zand. Het kan ook bijdragen aan een aantrekkelijke omgeving en daarmee een impuls geven aan dit gebied.
In Nederland gelden per 1 januari 2017 nieuwe landelijke waterveiligheidsnormen. Deze normen zijn gemaakt voor de lange termijn: ze moeten zijn gerealiseerd in 2050. Het is dus heel onwaarschijnlijk dat deze normen op een zo korte termijn als tien jaar worden herzien. Als indicatie: de vorige waterveiligheidsnormen dateerden uit de jaren ’70.
In Nederland gelden per 1 januari 2017 nieuwe landelijke waterveiligheidsnormen. Voor de dijk tussen Ravenstein en Lith is deze wettelijke veiligheidsnorm 1/10.000 jaar. Dat betekent dat de kans op overstroming niet groter mag zijn dan 1 keer per 10.000 per jaar.
Wanneer een dijktraject lager scoort dan deze norm, dan voldoet het traject niet meer aan de wettelijke eis en is een dijkversterking nodig. Hoe groter de afstand tot de norm, hoe groter de urgentie voor de dijkversterking.
De projectorganisatie Meanderende Maas gaat tussen Ravenstein en Lith de dijk versterken en de Maas meer ruimte geven. Op die manier wordt de kans op overstromingen in Oss, ’s-Hertogenbosch en omgeving verkleind. Het gebied voldoet dan aan de nieuwe normen voor waterveiligheid, die sinds 2017 van kracht zijn. De noodzaak om maatregelen aan de rivier en dijk te treffen biedt tegelijkertijd kansen voor de regio rondom de Meanderende Maas: kansen voor natuur, recreatie, cultuurhistorie, leefomgeving en economie. Daarvoor gaan we met bewoners en ondernemers in gesprek. Op die manier komen we tot oplossingen, die passen bij de mensen die hier leven en werken. Zo leidt de Meanderende Maas niet alleen tot een gebied dat beter beschermd is tegen water, maar ook economisch sterker, ecologisch waardevoller, recreatief en cultuurhistorisch aantrekkelijker is geworden.
Allereerst wonen er nu veel meer mensen achter de dijk dan vroeger. Er zijn meer mensenlevens, maar ook meer woningen, bedrijven en infrastructuur die beschermd moeten worden. Daarnaast neemt de hoeveelheid water dat de Maas afvoert toe door klimaatverandering. Er komen vaker hoge waterstanden voor die ook langer kunnen duren. Als we niks doen, wordt de kans op een dijkdoorbraak groter.